Wat een medewerker nodig heeft om gezond, gemotiveerd en productief te blijven tijdens het werk, kan per levensfase verschillen. Veranderingen zoals het krijgen van kinderen, kan ervoor zorgen dat er opnieuw een balans gevonden moet worden tussen werk en privé. Ook aanpassingen in het takenpakket door technologische ontwikkelingen kunnen ervoor zorgen dat iemand uit balans raakt. Misschien doet hij niet meer de dingen die hij leuk vindt of mist hij de competenties om op de nieuwe manier te werken. Zo zijn er nog tal van voorbeelden waardoor iemand de werkzaamheden minder goed kan of er minder plezier aan beleefd. Naast goede werkomstandigheden is persoonlijk contact met de medewerker belangrijk om te achterhalen wat er in zijn leven speelt en wat hij nodig heeft. Op die manier kun je er samen voor zorgen dat iemand zich kan aanpassen aan de veranderingen en gezond aan het werk blijft, ook wel duurzame inzetbaarheid genoemd.
Duurzame inzetbaarheid
Duurzame inzetbaarheid gaat over het inzetbaar houden van de medewerkers binnen het bedrijf of op de totale arbeidsmarkt. Hierbij is het van belang dat de werkgever en werknemer er samen voor zorgen dat iemand gezond en fit genoeg blijft om zijn werk te kunnen doen en om kan gaan met veranderingen binnen het bedrijf. Door aandacht te schenken aan duurzame inzetbaarheid van medewerkers kun je problemen voorkomen of verminderen. Bijvoorbeeld doordat je tijdig gesignaleerd hebt dat een medewerker overbelast is. Door samen te kijken naar wat die persoon nodig heeft, wordt volledige uitval voorkomen. Maar waar kun je nog meer aan denken bij duurzame inzetbaarheid?
Daarnaast is de medewerker ook zelf verantwoordelijk om met duurzame inzetbaarheid bezig te gaan door te sporten, gezond te eten en na te denken over zijn loopbaan. Een persoonlijk gesprek voeren met je medewerker kan helpen om te kijken wat een medeweker nodig heeft om zich te kunnen ontwikkelen en inzetbaar te blijven. Een tool die daarvoor ingezet kan worden is het huis van werkvermogen.
Het huis van werkvermogen (van oorsprong een Fins model) is in een eigen jasje gegoten door Daphne Borger van Innovatiehub en Martine Scholten en kan gebruikt worden tijdens een ontwikkelgesprek met de medewerker. Het systeem bestaat uit vier verdiepingen namelijk: gezondheid, competenties, normen & waarden en werkomstandigheden. Om te zorgen dat iemand zich goed in kan zetten binnen het werk, is het van belang dat de verdiepingen in balans zijn. Om daarachter te komen doorloopt de medewerker per verdieping 4 tot 5 vragen waarbij hij kan omcirkelen of hij hetgeen ervaart als onvoldoende, voldoende of goed. Daarnaast wordt er om een toelichting gevraagd. Aan de hand van de vragen en toelichting kan gekeken worden wat er nodig is om een situatie te verbeteren of iemand verder te laten ontwikkelen.
Hieronder een korte toelichting over de vier verdiepingen en wat je kan verwachten:
Wil je het huis van werkvermogen ook toepassen binnen jouw organisatie? Neem dan contact met ons op en wij vertellen je er graag meer over.